Inhoudsopgave
Wat is een synoviaal gewricht?
Een synoviaal gewricht is een verbinding tussen twee botuiteinden die vrij kunnen bewegen dankzij drie kerncomponenten:
- Kraakbeen: een gladde laag op de botuiteinden die wrijving verlaagt en schokken dempt.
- Synoviale vloeistof: een visco-elastische vloeistof in het gewrichtskapsel die smeert, voedt en beschermt; rijk aan hyaluronzuur.
- Synoviaal membraan (synovium) en gewrichtskapsel: produceren synoviale vloeistof en vormen een beschermende barrière.
Wanneer de samenstelling of hoeveelheid synoviale vloeistof verandert (bijv. minder of dunner hyaluronzuur), neemt de smering af en stijgt de mechanische belasting op het kraakbeen, een opstapje naar degeneratie.
Hoe ontstaat knieartrose / degeneratie?
Knieartrose (gonartrose) is een langdurig progressief proces van gezamenlijke degeneratie, waarbij meerdere structuren betrokken zijn: kraakbeen, subchondraal bot, synovium, ligamenten, menisci, en omliggend weefsel. (Batarfi et al., 2025).
Mechanische overbelasting / microtrauma’s: herhaalde belasting, misalignment (zoals varus/valgus), obesitas of eerdere knieletsels (meniscusletsel, voorste kruisbandruptuur) verhogen lokaal de druk op kraakbeen, wat microtrauma’s veroorzaakt. Dit leidt tot verlies van matrixstructuur in het kraakbeen.
Biochemische ontregeling & laaggradige ontsteking: beschadiging van kraakbeen geeft afbraakfragmenten af in de gewrichtsholte. Deze fragmenten kunnen een inflammatoire reactie uitlokken in de synoviale membraan, waardoor cytokinen, zuurstofradicalen, matrix metalloproteïnases (MMPs) en andere afbraakenzymen actief worden. Deze ontstekingscomponent verergert de schade aan kraakbeen.
Synoviale ontsteking (synovitis): in knieartrose is aangetoond dat er een verhoogde activiteit van synoviale cellen is, met infiltratie van immuuncellen en productie van ontstekingsmediatoren. Bijvoorbeeld, een recente studie toonde dat synoviale ontsteking “cruciaal is in osteoarthritis (OA) door productie van cytokinen die de synovium-kraakbeen interactie mediëren” (Rubortone et al., 2025).
Subchondraal botverandering: naarmate kraakbeen dunner wordt, verandert de botbasis (subchondraal bot) structureel: verdikking, microfracturen, botsporen (osteofyten) en botremodellering komen voor, wat extra mechanische stress creëert.
Cellulaire veroudering en senescentie: chondrocyten (kraakbeencellen) raken mogelijk in een senescente status, produceren minder matrixcomponenten, meer catabolische factoren en dragen zo bij aan degeneratie.
Crosstalk van signaleringsroutes: meerdere signaalroutes zoals NF-κB, MAPK, JAK/STAT worden geactiveerd door zowel mechanische stress als ontsteking, waardoor een vicieuze cirkel ontstaat tussen mechanische overbelasting en inflammatie. (Batarfi et al., 2025).
Metabole & systemische factoren: obesitas, dyslipidemie, systemische laaggradige ontsteking, oxidatieve stress en leeftijd dragen bij aan de verstoorde balans tussen opbouw en afbraak van kraakbeen.
Progressieve feedbacklus: zodra degeneratie begint, verergert de belasting op resterend kraakbeen, wat verdere schade oproept.
De werking van het kniegewricht
De knie is een van de meest complexe en belaste synoviale gewrichten. Belangrijke kenmerken:
- De knie bestaat uit het femur (dijbeen), tibia (scheenbeen) en de patella (knieschijf). Tussen de femur en tibia liggen de mediale en laterale menisci, die schokabsorptie en congruentie ondersteunen.
- Het kraakbeen op de gewrichtsvlakken zorgt voor gladde articulatie, vermindert wrijving en verspreidt mechanische belasting.
- De synoviale vloeistof vult het gewricht, voedt het kraakbeen en werkt als lubricant.
- Tijdens buigen en strekken glijden de oppervlakken langs elkaar; kleine vervormingen in kraakbeen en synovium zorgen dat contactdrukken redelijk verdeeld worden.
- Spieren (vooral van de quadriceps, hamstrings, kuitspieren) stabiliseren de knie en reguleren krachten op de gewrichtsvlakken.
In een gezonde knie is er een balans tussen opbouw en afbraak van kraakbeen, waarbij mechanische belasting (gebruik) én biologische regeneratie in evenwicht zijn.
Hoe helpt hyaluronzuur injectie bij knieartrose (intra-articulair)?
Doel: de visco-elastische eigenschappen van synoviale vloeistof herstellen en zo wrijving, pijn en ontstekingsactiviteit verminderen. Beschreven werkingsmechanismen zijn o.a. smering, schokdemping, barrière- en anti-nociceptieve effecten, en modulatie van ontstekingsroutes in het synovium.
Producthighlight: TrHCROSS® 2.0%
- Wat is het? Een cross-linked (gekoppeld) hyaluronzuur-preparaat (2.0%) voor intra-articulaire toediening bij knieartrose.
- Waarom cross-linked? Kruisverbindingen maken HA resistenter tegen afbraak, waardoor de verblijfsduur en het klinisch effect kunnen verlengen.
- Onderzoeksresultaat (peer-reviewed): In een in-vitro vergelijking van commerciële cross-linked viscosupplementen liet TrHCROSS® de hoogste enzymatische stabiliteit zien.
Bestel hier uw hyaluronzuur injectie; deze dient toegediend te worden door een bevoegde arts of specialist.
Deze verhoogde stabiliteit ondersteunt de duur van werking die vaak klinisch gewenst is bij KOA-patiënten. Aanvullende recente studies en reviews bevestigen dat cross-linked HA veilig is en (afhankelijk van indicatie en patiëntselectie) klinische uitkomsten kan verbeteren.
Let op (klinische praktijk): effectomvang en duur variëren per patiënt; IA-HA wordt meestal ingezet als onderdeel van een multimodale aanpak (o.a. leefstijl, oefentherapie, pijneducatie).
Voor wie is een hyaluronzuur injectie geschikt?
Voor volwassenen met symptomatische knieartrose (mild-matig tot soms ernstig) die onvoldoende reageren op conservatieve maatregelen of NSAID’s, en nog (nog) niet klaar zijn voor chirurgie. Behandeling gebeurt intra-articulair door een arts.
Wat kan ik qua effect verwachten en hoe snel?
Veel patiënten merken binnen dagen–weken verbetering; de duur kan variëren van enkele maanden tot (bij cross-linked formuleringen) langer, afhankelijk van graad van artrose en belasting
Wat is cross-linked hyaluronzuur?
Cross-linking verhoogt de afbraakresistentie en kan de viscoso-elastische eigenschappen en residetijd verbeteren. Dit is aangetoond in vergelijkende (pre)klinische analyses, waaronder het onderzoek waarin TrHCROSS® de hoogste enzymatische stabiliteit liet zien.
Lees voor meer informatie onze FAQ en bespreek uw klachten met uw dokter.
Samenvatting
- Een synoviaal gewricht is ontworpen voor soepel, weinig-frictie bewegen dankzij de integratie van gewrichtskraakbeen, synovium en synoviaal vocht.
- De knie is een sterk belaste structuur waarbij krachten, stabiliteit en smering samen hand in hand gaan.
- Knieartrose ontstaat via een combinatie van mechanisch letsel, inflammatoire processen, weefselverandering (in kraakbeen, synovium en bot) en verstoring van homeostase. Recente literatuur beklemtoont het belang van synoviale ontsteking en signaleringsroutes in dit proces. (Batarfi et al., 2025)
- Hyaluronzuurinjecties (intra-articulair) hebben het doel om het synoviaal milieu te verbeteren, smering te herstellen, ontsteking te remmen en pijn en stijfheid te verminderen.
- TrHCROSS 2.0 % is een cross-linked hyaluronzuurproduct dat in studies (del Olmo et al., 2023) naar voren komt als relatief meest stabiel tegen enzymatische afbraak, wat kan bijdragen aan een langduriger effect.
- De klinische respons op HA-injecties is variabel; ze zijn vooral zinvol in milde tot matige gevallen, en niet alle patiënten zullen een significante verbetering ervaren.
- Bij het inzetten van deze behandeling is juiste selectie van patiënt, uitvoering (bij voorkeur door ervaren arts), en realistische verwachtingen belangrijk.
Referentie lijst
1. del Olmo, J. A., Martínez-Ramírez, M. J., González-Gómez, A., Rodríguez, A., & Tamayo, A. (2023).
Resistance to enzymatic degradation and efficacy evaluation of crosslinked hyaluronic acid based commercial viscosupplements for knee osteoarthritis treatment. Biomaterials Advances, 154, 213486.
https://doi.org/10.1016/j.bioadv.2023.213486
2. Batarfi, A., Abbas, M., Elbakrawy, E., Elbadawi, M., Elsaid, N., & El-Kader, S. M. A. (2025).
Exploring inflammatory and mechanical signaling pathways in the development of osteoarthritis: A comprehensive review. Life, 15(8), 1238.
https://doi.org/10.3390/life15081238
3. Rubortone, F. S., Giannitti, C., Pascarella, R., & Gigante, A. (2025).
Synovial inflammation and osteoarthritis: From pathophysiology to therapeutic targets. International Journal of Molecular Sciences, 26(4), 6559.
https://pmc.ncbi.nlm.nih.gov/articles/PMC12366559/

